Broekpolder Vlaardingen

De Vlaardingse Broekpolder is een ruim 400 hectare groot gebied, ooit door havenslib opgehoogd, dat zich ontwikkeld heeft tot een fascinerend natuurgebied.

Bijzonder is hier, dat een groep burgers – de Federatie Broekpolder – de lead neemt in de gebiedsontwikkeling van dit natuurgebied. Zij trekken samen op met de gemeente Vlaardingen, sinds deze twee partijen in 2008 het Convenant Broekpolder tekenden. Ik ben bij het gebied betrokken geraakt als expert-lid van de ‘natuurkamer’, die het bestuur van de Federatie Broekpolder adviseert bij hun besluitvorming.

De Broekpolder beslaat een kwart van het Vlaardings grondgebied en grenst aan Midden-Delfland. Het is een populair gebied om te wandelen, fietsen, mountainbiken, skaten en ’s winters te schaatsen. De Broekpolder heeft een gevarieerd landschap van polder, jong bos en grote plassen waar veel watervogels foerageren en overwinteren. Daarnaast lopen er Schotse Hooglanders in de polder en wordt ook regelmatig een kudde schapen ingezet voor begrazing.

Inmiddels is in deze polder echter een krachtenspel ontstaan omdat sanering volgens de Wet bodembescherming nodig zou zijn. Van 1958 tot 1975 werd het gebied namelijk zo’n zes meter opgehoogd met slib uit de Rotterdamse Haven.

Maar: is sanering echt nodig in een gebied waar inmiddels natuurontwikkeling en recreatie volop floreren? Over de invloed van de vervuiling op de omgeving en op flora en fauna zijn vele onderzoeken uitgevoerd. Geen van allen komen op aantoonbaar grote invloeden.

Ik denk dat een weloverwogen beheer, en de inzet van de mogelijkheden van de natuur tot goede resultaten hebben geleid en zullen leiden. Onderstaand filmpje, gemaakt door RTV Rijnmond, geeft daarover mijn persoonlijke mening en die van de verslaggever Ronald van Oudheusden weer.

Het is namelijk opvallend – als je de natuurontwikkeling ter plekke analyseert – hoe op een voormalig slibdepot met plaatselijk ernstige vervuiling (met o.a. zware metalen en DRIN’s), geen negatieve effecten waar te nemen zijn. Kennelijk is de natuur in staat zich zó vergaand aan te passen dat ze geen schade oploopt.

Een voorbeeld zijn de grote grazers in het gebied. Toen ruim tien jaar geleden het plan ontstond om Hooglanders in het gebied los te laten, werd dit eerst gezien als onverantwoord voor de gezondheid van die dieren. Immers, ze eten kilo’s gras en planten per dag die groeit uit vervuilde bodem, waardoor de zware metalen en verontreiniging zich in de dieren op zou kunnen stapelen. Bij wijze van proef werd het toch toegestaan.

Wat blijkt? Inmiddels heeft de kudde een grootte van meer dan 50 zeer gezonde dieren. Bij sectie op aan ouderdom overleden Hooglanders werd geen enkele verontreiniging aangetroffen.

Ik hoop met mijn inbreng te bereiken dat met minimale ingrepen in het gebied en maximaal benutten van de kracht van de natuur, de duurzame ontwikkeling van het gebied het best wordt bevorderd. Dat alle betrokkenen ervan overtuigd raken dat het middel ‘saneren’ niet erger mag worden dan de kwaal.